Wanneer (een onderdeel van) het medisch dossier door de bron alvast ‘klaargezet’ wordt voor een later (nog niet bekend) gebruik is er (ook) toestemming van de cliënt vereist, zie 7.1 | Juridisch kader en 5.5 | Vertrouwen: Toestemming. De dossierhoudende zorgaanbieder is verantwoordelijk voor de controle op de toestemming. Deze cliënttoestemmingen worden vaak nog geregistreerd in het EPD van de zorgaanbieder en zijn vaak specifiek voor een uitwisselingsysteem. Het registreren hiervan is een administratieve last voor de zorgaanbieder. Daarnaast is het soms voor de cliënt niet duidelijk of overzichtelijk waar en waarvoor toestemming is gegeven. Mede om deze reden is de gemeenschappelijke voorziening Mitz ontwikkeld, waar steeds meer zorgaanbieders op aansluiten.
Mitz biedt de functionaliteit voor het vastleggen van toestemmingen aan de zorgaanbieder en maakt het mogelijk dat deze voor meerdere elektronische uitwisselingssystemen te gebruiken is. Daarnaast biedt Mitz de cliënt de functionaliteit om een overzicht te hebben van de alle zorgaanbieders waar een behandeling heeft plaatsgevonden en om toestemmingen te beheren. De transitie om de registratie van toestemmingen over te hevelen naar Mitz is inmiddels ingezet.
Het Informatieberaad Zorg heeft Mitz in 2022 opgenomen als zogenaamde ‘bouwsteen van de basisinfrastructuur' [1] in het informatiestelsel in de zorg. Dit besluit geldt in ieder geval nog tot 2027 en wordt dan geëvalueerd. Dit besluit is ook opgenomen in het integraal zorg akkoord (IZA) [2]. Hieruit volgt dat Twiin voor Mitz een pas-toe-of-leg-uit-principe toepast. Voor de gegevensuitwisselingen die in Twiin worden ondersteund en waarvoor een uitdrukkelijke cliënttoestemming noodzakelijk is, volgt Twiin de hiervoor gemaakte afspraken dat Mitz gebruikt moet gaan worden (totdat er nieuwe landelijke afspraken over toestemming zijn gemaakt).
[1] De website van het Informatieberaad heeft het besluit niet meer direct beschikbaar. Het besluit is wel nog terug te vinden via nieuwsberichten en het archief van het Ministerie van VWS.
[2] “Zorgaanbieders verbinden zich aan de door VWS en in afstemming met het Informatieberaad Zorg vastgestelde oplossingen voor de 6 generieke functies (zoals Mitz en ZORG-AB) en implementeren deze uiterlijk 2025 met hun leveranciers ter ondersteuning van hun zorgprocessen.”